Méér ruimte voor sociaal beleid

Enkele weken geleden keurde na de OCMW-Raad ook de Gemeenteraad de begroting 2017 en aangepaste meerjarenplan voor het OCMW goed. Zeer belangrijk is dat de gemeentelijke bijdrage aan de OCMW-financiën groeit van 2,87 miljoen naar 3 miljoen euro(*), of 134.000 euro per jaar, een noodzakelijke stijging.

Hogere kosten

Die verhoging was nodig. Door broodnodige moderniseringen zijn de geraamde uitgaven voor ICT sterk toegenomen.

Een deel van de ICT-kosten wordt via de gemeente verrekend. Die factuur stijgt mogelijk met 90.000 euro per jaar. Belangrijke elementen hierin zijn onder meer de digitalisering van de telefonie en de uitbesteding van softwarediensten.

Ook het aandeel van het OCMW in de kosten voor het Gemeentepunt stijgt, met ongeveer 25.000 euro per jaar. Eén van de schoonmaakster in het Gemeentepunt, die op de loonlijst van het OCMW stond, is op pensioen gegaan. De gemeente betaalt nu de schoonmaak van de kantoren van het OCMW in het Gemeentepunt en rekent dat – vanzelfsprekend – door volgens een afgesproken verdeelsleutel.

Correcte rekeningen

De oppositie beweert dat het gemeentebestuur met de ene hand geeft en met de andere méér neemt. Dat dat de middelen om de sociale doelstellingen te realiseren, dalen. Ze vergeet in haar berekeningen gemakshalve dat de gestegen onderhoudsfactuur binnen het OCMW een nuloperatie is omdat we een personeelslid minder moeten betalen.

In werkelijkheid moeten wij, als OCMW, zoals elke organisatie instaan voor de ondersteunende diensten waar wij een beroep op doen. De verhoogde bijdrage zorgt er dus wel degelijk voor dat de financiële ruimte voor sociaal beleid ondanks gestegen kosten gelijk blijft en zelfs licht stijgt.

En eigenlijk, doet men de ondersteunende diensten geen onrecht aan door te suggereren dat zij niet zouden bijdragen tot de sociale doelstellingen?

Kaat Defoirdt
Voorzitter OCMW

(*) Exact: van €2 865 550 per jaar naar €3 000 000 per jaar.